‘Lin, ik wil een ander. De rek is eruit.’ Ik proest mijn verbazing terug in mijn koffiemok, maar dan zie ik dat het menens is. Voorzichtig maar resoluut ga je verder. ‘De kloof tussen ons in wordt zichtbaar.’ Je vertelt me dat je er al weken ‘s nachts van wakker ligt.
Stiekem heb je al verder gekeken. Op het Internet nota bene. Onder werktijd maar ook op de momenten dat ik naast je op de bank zat. Maargoed, je had het me ook niet kunnen vertellen. Dan was ik ‘s avonds laat thuis gekomen en had ik je met een ander aangetroffen… Is dat dan wat ik wil?
Ik staar voor me uit, ik volg het journaal maar ik versta er geen woord van. In gedachte ben ik bezig met afscheid nemen. Je kruipt op de bank dichter naar me toe en je slaat troostend een arm om me heen. ‘Ik wil me weer begeert voelen, Lin. Ik wil mijn hele lichaam tussen haar zachte vormen begraven. Kreunend van genot in slaap vallen… De wekker een dreun geven als het eigenlijk al lang tijd is om op te staan.’
‘Je komt nu al zo moeilijk je bed uit,’ kaats ik terug. Ik ben niet van plan om me zo snel gewonnen te geven. Je kiest niet zo maar voor een ander. Niet zo maar alleen. En alsof je mijn gedachtes kan lezen, stel je voor haar samen uit te proberen. Als ik ervoor open sta tenminste.
Ja shit, wat moet ik dan? Hem zijn gang laten gaan? Iedere keer als hij zijn telefoon pakt, bang zijn dat hij haar foto’s bekijkt. Dat hij op een dag leest waar zij in uitblinkt…
‘Oke,’ zeg ik. Iets stelliger dan ik me van binnen voel. Ik maak mezelf wijs dat ik niet zo’n traditionele muts wil zijn en dat verandering van spijs misschien wel doet eten. Slapen in dit geval, want over mijn kookkunsten hoor ik hem nog niet klagen.
Je lijkt opgelucht. Met twinkelende ogen. ‘Viespeuk,’ denk ik nog. Ik kan de gedachte niet onderdrukken.
Je staat op om in de keuken een kopje thee voor me te zetten. ‘Zal ik Matt meteen een berichtje sturen dat we haar willen?’ Oké, oké… ‘het’ heeft een naam. Vast iets van Mathilde. Gatver…
‘Ja, doe dan maar,’ zeg ik zo nonchalant mogelijk.
Als ik de volgende avond opnieuw laat thuis kom, staat er een grote lege doos in de gang. De beslapen lakens liggen onder aan de trap. Ik besnuffel ze vluchtig en loop dan met mijn hakken nog aan de trap op.
‘Honnepon, je bent thuis!’ Je staat boven aan de trap. Gekleed in boxershort en zwarte sportsokken. Klaar voor de daad zullen we maar zeggen.
Als een blij kind vertel je dat ze er is. Matt! En ik mag haar uitproberen. Ik… als eerste. ‘Yes!’ Denk ik…
Ik laat mijn jas van mijn schouders glijden. Een voor een schop ik mijn pumps uit. Ik besluit eerst nog even mijn tanden te poetsen en dan kruip ik - gehuld in een zwart kanten string - voorzichtig boven op haar. Ik herken de zachte vormen waar jij het eerder over had. Ze omvatten mijn lichaam… ongekend. Voorzichtig klinkt er een zacht gekreun. Mijn gekreun. Diep vanuit mijn onderbuik. Ik kronkel en ik besef me dat ik nooit meer anders wil…
En als jij dan – zonder sokken(!)- naast me komt liggen, hoeft alleen het nachtlampje nog maar uit!
Reactie plaatsen
Reacties