Nog twee nachtjes slapen en een mooie avond te gaan. Nog precies vijftig uur en dan ga je na de twintig allerlaatste seconden aan de grootste vuurpijl de lucht in. Eindelijk en voorgoed voorbij.
Maar voor het zo ver is, wil ik toch - met iets meer lood in mijn schoenen dan voorgaande jaren – terugblikken. Terugblikken op een jaar dat toch echt met de allermooiste vraag begon. Verloofd en verliefd als een dolle dwaas begin ik aan mijn eerste weken zonder liefde. Tim reist voor vier weken af naar Texas en met heel veel videobellen vind ik gelukkig al snel mijn draai in ons grote huis alleen. Ik wandel kilometers door de polder, eet pannekoeken bij mijn schoonouders en fantaseer en dagdroom over mijn allermooiste jurk. De dagen vliegen gelukkig voorbij en bij het weerzien huppel ik als een blije puber over Schiphol.
Krap vier weken later vertrekt hij opnieuw naar het buitenland, maar dan reist het hele gezin gelukkig met hem mee. We gaan naar Kaprun, een sneeuwwit dorpje in het mooie Oostenrijk. Prachtige bergen, veel sneeuw en een flinke dosis lekker eten en gezelligheid. Ik geloof dat ik er wel aan kan wennen hier. Voor het eerst op een snowboard, in een gondel en boven op de Gletsjer. De dagen vliegen voorbij en voor het eerst in lange tijd laat ik alles een beetje van me afglijden.
En hoewel ik de uitspraak ‘Als je het loslaat, gebeurt het,’ inmiddels kan dromen én kan vervloeken, gebeurt het toch echt. Tijdens die mooie wandelingen door de sneeuw - of eigenlijk op dat diepvrieskoude slaapkamertje in Kaprun – wordt ons kleinste wondertje verwekt. Nog geen tien dagen na thuiskomst knalt de positieve zwangerschapstest van de badkamervloer af en voel ik me in één klap dolgelukkig én zwanger.
Helaas slaat de blijdschap al snel om in angst als ik met vijf weken iedere dag wat bloed verlies en met acht weken steeds meer steken door mijn buik voel gaan. Maar het kleine spartelende lijfje op de talloze echo’s stelt ons gerust. Zelfs op die allerlaatste echo met 13 weken en 6 dagen. Inderdaad, dé dag voordat onze kleine Tom in mijn handen geboren wordt. Op 19 mei om tien over negen ‘s morgens.
Je geeft ons een kindje, het allermooiste kindje en je ontneemt het ons met diezelfde vastberadenheid. Je breekt ons hart, doorkrast onze ziel en toch vinden we de liefde. De liefde en de kracht om tijd door te brengen met ons pasgeboren en zojuist overleden zoontje. Maar ook zeker diezelfde kracht en liefde om ons leven weer verder op te pakken. In piepkleine stapjes met onze dappere meid tussen ons in.
Want ook zij ging door. Flierefluitend huppelt ze het vierde schooljaar door en betrekt ze Tom op haar eigen maniertjes in onze gesprekken. Maar ze laat ook de eenvoud van het leven weerklinken waardoor ik mezelf betrap op het zingen van liedjes in de keuken. We trekken er samen op uit. Naar een pretpark of op de bakfiets naar het water. Ook al vindt de wereld het onverstandig, ik kan het, dus ik doe het.
Ook op 18 juli van dit jaar. Als ik in mijn eentje met de trein naar Cherbourg vertrek. Voor – ik denk wel – de allermooiste zeven dagen van dit jaar! Na een reis van ruim veertien uur, sluit ik de liefde in mijn armen en leer ik mijn liefde voor het leven opnieuw ontdekken. Ik wandel en ik maak foto’s en ik geniet van iedere dag. En als het voetje van Tom in de vorm van een piepklein steentje op mijn buik landt, weet ik dat het goed is.
Eenmaal terug in Nederland word ik de volgende dag geopereerd en blijkt dát het allerlaatste loodje van mijn herstel. Ik krijg mijn lichaam en mijn vertrouwen weer terug en tijdens de zomervakantie in Italië durven we onze grootste droom weer woorden te geven. Misschien zelfs een naam, al zijn we daar nog niet helemaal over uit. Maar met de juiste mensen om ons heen durven we het aan! De wens wint het van de diepgewortelde angst. We willen naast Sharaï en Tom nog een kindje. En voorzichtig maakt dat besluit ons sterker en rustiger dan ooit.
Maar tot die tijd genieten we van de spruitjes die er om ons heen geboren worden. Mijn kleine nichtje Tess en de kindjes van onze goede vrienden. En ja, dat is soms best even slikken, maar gelukkig blijft de vreugde overheersen. Onze tijd komt wel. Écht!
En eerlijk, die tijd kwam ook even. Toen ik op donderdag 8 december, drie dagen na pakjesavond een verlegen maar zeker positieve zwangerschapstest omhoog hield. Helaas mocht het niet verder groeien, maar toch gaf het mij dat allerlaatste beetje zekerheid. Dat ik het aan kan. Een nieuwe zwangerschap met een nieuw stukje vertrouwen. Al moet het uit mijn tenen komen. Het komt!
De laatste maanden sluiten we af met een dansje op een nineties festival dicht bij huis. Een salto op de trampoline tijdens het kinderfeestje van Sharaï en met de allermooiste droomjurk voor onze trouwdag in juli volgend jaar.
En toch besluit je om nog één allerlaatste bladzijde van dit jaar zwart te kleuren. Inktzwart. Op woensdag 12 oktober vond je het schijnbaar nodig om ook mijn zwarte poezenvriendje bij ons weg te rukken. Zo maar. Opeens. Weg!
Maar hoe hard je ook je best hebt gedaan, wij zijn sterker dan het verhaal dat jij hier dacht te schrijven. En hopelijk hebben we ons nu voor eens en voor altijd bewezen. Schrijf volgend jaar maar weer met een glitterpen. Het liefst in de mooiste kleuren van de regenboog, maar eenvoudig blauw is ook prima. Lichtblauw dan. Of roze als het kan.
Je hoeft 2023 niet te versieren met hoge pieken. Als je de dalen dan ook maar achterwege laat. Ik heb geen wensen of verlangens. Dromen doe ik toch wel. ‘Ja’ zeggen trouwens ook. Volmondig, in de allermooiste jurk…
Tegen de liefde en met de liefsten om ons heen.
Reactie plaatsen
Reacties